Tijdlijn

 

2012 – SamsØ in EeklØ: opmaak haalbaarheidsstudie voor een stadsbreed warmtenet op basis van restwarmte van IVM

2015 – start opmaak juridisch kader stad Eeklo voor de aanleg en exploitatie van een warmtenet op het openbaar domein van de stad via een domeinconcessie

2016 – milieuvergunning IVM wordt verlengd, een absolute voorwaarde als mogelijke restwarmtebron

2016 – oproep kandidaatstelling concessie warmtenet door de stad Eeklo

2017 – start onderhandelingsfase met consortium Veolia nv – Ecopower cv

2018 – ondertekening concessie-overeenkomst voor de aanleg van een warmtenet op grondgebied Eeklo

2019 – masterplan voor een stadsbreed warmtenet in 3 fases

2020 – uitwerken detailplan fase 1 : industrieel traject langs Ringlaan

2021 – opstart eerste warmtecluster Sportpark-Wegelpark

2021 – verlies aanbesteding Aquafin voor slibdroging met restwarmte

2022 – na coronacrisis met materiaalschaarste volgt energiecrisis

2022 – uitwerken nieuw detailplan fase1 : residentieel traject langs spoorweg

2023 – afstemming met warmtezoneringskaart en warmtevisie stad

1. Inleiding

Reeds in 1999 ontwikkelde de stad Eeklo een visie voor hernieuwbare-energieprojecten op haar grondgebied. Eeklo hecht veel belang aan een sociaal-rechtvaardige energietransitie waaraan iedereen kan deelnemen. In de openbare aanbesteding voor de bouw van de eerste windturbines werden rechtstreekse burgerparticipatie en lokale meerwaardecreatie opgenomen als criteria. Het project werd toegewezen aan burgerenergie-coöperatie Ecopower, wat aanleiding gaf tot de eerste coöperatieve windturbines in België.

Maar energie is veel meer dan elektriciteit. Ook voor mobiliteit, verwarming en warm water moeten er duurzame oplossingen komen. Eeklo ondertekende in maart 2017 het burgemeestersconvenant en engageerde zich daarmee om 40% minder CO2 uit te stoten tegen 2030. Met de plannen voor een warmtenet, gevoed door restwarmte en hernieuwbare energiebronnen, neemt Eeklo nu samen met de burgers en bedrijven verdere stappen richting een energie- en klimaatneutrale stad.

2. Historiek (2009-2015)

2.1. Coöperatieve Windenergie als motor voor lokale energietransitie

In 1999 stelde de stad Eeklo als eerste in Vlaanderen een stedelijk windplan op met als doel om lokale windenergie te produceren op haar grondgebied. Er werden drie locaties aangeduid: het industriepark Nieuwendorpe, het stedelijk voetbalterrein aan de Zandvleuge en de expresweg tussen het Schipdonkkanaal en het afrittencomplex R34/N49.

De stad Eeklo schreef in 2000 een openbare aanbesteding uit en koos hierbij voor een innovatieve en democratische aanpak. In plaats van enkel naar het financiële plaatje te kijken en de vergunning toe te kennen op basis van de opstalvergoeding, nam Eeklo de criteria ‘lokale meerwaardecreatie via rechtstreekse burgerparticipatie’ en ‘open communicatie’ op in de aanbesteding. De komst van de windturbines moest immers zo veel mogelijk meerwaarde bieden voor de stad en haar bewoners. De bevolking waardeerde deze duidelijke aanpak; vergunningsaanvragen binnen dit kader werden probleemloos aanvaard terwijl er tegen vergunningsaanvragen buiten dit kader fel bezwaar kwam. De inwoners van Eeklo kunnen via Ecopower mede-eigenaar worden van de coöperatieve windturbines en de geproduceerde stroom thuis afnemen.

In 2009 lanceerde de stad Eeklo samen met IVM een tweede openbare aanbesteding voor 2 windturbines aan weerszijden van de afvalenergiecentrale IVM. Ook dit project werd toegewezen aan burgerenergie-coöperatie Ecopower op basis van een engagementslijst met lokale meerwaardeprojecten voor de stad en haar inwoners. Een van de engagementen was het onderzoeken van de technische en economische haalbaarheid om de restwarmte van IVM nuttig te gebruiken in een stadsbreed warmtenet.

2.2. Naar een stadsbreed warmtenet

In 2012 werd een haalbaarheidsstudie uitgevoerd voor een stadsbreed warmtenet op basis van restwarmte van IVM, dit in samenwerking met studentencoöperatie CORE cvba-so, verbonden aan de KU Leuven. De titel van het onderzoek ‘SamsØ in EeklØ’ verwees naar de energierevolutie die het Deense eiland ‘SamsØ’ onderging. In 10 jaar tijd slaagde het Deense eiland er in om de fossiele energie-import van onder andere elektriciteit en aardolie om te zetten in hernieuwbare energie-export. Deze revolutie bevatte onder meer het verdelen van centraal opgewekte (rest)warmte over verschillende locaties op het eiland. De studenten gingen daar eerst op stage en kwamen terug met praktijkvoorbeelden.

De haalbaarheidsstudie werd gefinancierd door afvalintercommunale IVM, REScoop-Vlaanderen, Ecopower, Veneco² en stad Eeklo. CORE bestudeerde of een warmtenet in Eeklo technisch en economisch haalbaar zou zijn met restwarmte afkomstig van de afvalenergiecentrale IVM. Ter illustratie: jaarlijks stoot de afvalverbrandingsinstallatie een warmte-equivalent van 10 miljoen m³ aardgas uit, meer dan genoeg om alle gebouwen op grondgebied Eeklo te verwarmen.

Uit de verschillende scenario’s in de voorstudie kon al voorzichtig geconcludeerd worden dat een warmtenet op basis van restwarmte in Eeklo technisch en economisch haalbaar is. De investering in een (rest)warmtenet zou bovendien een CO2-besparing opleveren van 14.000 tot 16.000 ton.

3. Energietransitie: Eeklo, Energiek-Eigenzinnig-Echt & Energieneutraal!

De stad Eeklo past de succesvolle basisbeginselen van burgerparticipatie en lokale meerwaardecreatie nu toe in het breder kader van een stedelijk energie-transitieplan. Technische know-how is belangrijk, maar ook communicatie en betrokkenheid. Enkel een energietransitie waar de bevolking achter kan staan en actief aan deelneemt, zal succesvol zijn. Dat wordt bevestigd bij de nulmeting in kader van het burgemeester convenant waaruit blijkt dat in Eeklo de huishoudens de grootste CO2-uitstoters zijn.

Jaarlijks betalen de bedrijven en burgers van Eeklo ca 40 miljoen euro aan fossiele brandstoffen zoals aardolie en aardgas. Kapitaal dat onze streek verlaat voor import uit verre ondemocratische landen. Dit terwijl er genoeg omgevingsenergie aanwezig is: zon, wind, waterkracht, biomassa en aardwarmte. Door deze lokale energiebronnen te benutten blijft dat kapitaal in onze lokale economie. Als de projecten bovendien coöperatief worden ingevuld met burgerparticipatie, blijft naast een duurzame energiefactuur ook de winst lokaal. De klimaatverstoring tegengaan is een stevige uitdaging, maar biedt ook opportuniteiten die we ten volle moeten benutten.

4. Concessie warmtenet Eeklo

De stad Eeklo schreef in 2016 een concessie uit voor het gebruik van de ondergrond voor de aanleg van een stedelijk warmtenet op basis van restwarmte en hernieuwbare energiebronnen. De transitie naar duurzame warmte in Vlaanderen is complex maar noodzakelijk. In stedelijk gebied zijn warmtenetten als collectieve verduurzaming van de warmtebehoefte onmisbare bouwstenen voor een sociaal-rechtvaardige energietransitie.

De aanleg van een warmtenet is complex en vereist zowel de samenwerking tussen alle actoren op het terrein, als voldoende afnemers bij bevolking en bedrijven.
De partners in het project, Veolia nv en Ecopower cv, werken sinds 2018 aan een detailstudie voor de concrete uitrol van een stadsbreed warmtenet. Dat Masterplan zal samen met het engagement van voldoende burgers en bedrijven in Eeklo de doorslag geven of en waar het warmtenet kan worden verwezenlijkt.

De basisprincipes van het warmtenet garanderen een betrouwbare en duurzame warmtevoorziening:

  • Bevoorradingszekerheid oftewel leveringsgarantie: wie aansluit op het warmtenet zal nooit zonder verwarming of warm water vallen.
  • Rechtstreekse burgerparticipatie: minstens 35% van het project wordt gefinancierd via rechtstreekse burgerparticipatie via een energiecoöperatie die voldoet aan de ICA-principes. Op die manier kunnen de inwoners van Eeklo mee investeren, mede-eigenaar worden en delen in de winst.
  • Het niet-meer-dan-anders-principe: wie aansluit op het warmtenet betaalt niet meer dan voor verwarming op aardgas.
  • 100% duurzaam: op termijn wordt het warmtenet uitsluitend gevoed door een combinatie van restwarmte en hernieuwbare energie.
  • Lokale meerwaardecreatie voor de stad en de burgers op sociaal en energetisch vlak.

5. Masterplan warmtenet Eeklo

Sinds 2018 werken Veolia en Ecopower aan een masterplan voor de concrete uitrol van een stadsbreed warmtenet in Eeklo. De geconcentreerd residentiële warmtebehoefte in de stadskern is een voordeel, maar de afstand tussen restwarmtebron en stadskern is een nadeel. Het gebrek aan nieuwbouwprojecten betekent dat iedereen reeds een verwarmingsinstallatie heeft en dat maakt het project erg uitdagend. Een industrieel traject lag daarom voor de hand, omdat bedrijven grotere warmtebehoeften hebben dan woningen en industriepark Nieuwendorpe nabij de stadskern ligt, wat gunstig is voor de verdere uitbouw van het warmtenet.

De keuze viel voor een uitrol in 3 fases:

  • Fase 1: het industrieel traject van IVM over het toekomstig industrieterrein aan de E34/N49 naar de Ringlaan langsheen Kunstdal en AZ-Alma tot het industriepark Nieuwendorpe
  • Fase 2: van industriepark Nieuwendorpe naar het stadscentrum langsheen Hartwijk en college OLVTD tot ket Kruger winkelcentrum, met doorsteek naar CC Herbakker en KunstAcademie en atheneum GO
  • Fase 3: van Kruger winkelcentrum naar Sportpark met stedelijk zwembad langsheen de psychiatrie naar het provinciaal technisch instituut PTIE (Leerpunt)

INDUSTRIEEL TRAJECT

Voor Fase 1 werd een detailstudie uitgevoerd waaruit bleek dat het warmtenet economisch haalbaar was zodra meer dan 50% van de bedrijven langsheen het industrieel traject zouden aansluiten. Op de vele infomomenten en bedrijfsbezoeken sinds 2018 toonden echter minder dan 30% van de bedrijven concrete interesse voor collectieve verduurzaming van hun verwarming. De toenmalige lage gasprijzen en de onzekere uitvoeringstermijn werden het meest aangehaald als reden. Daardoor kwam het warmtenet in Eeklo tot stilstand en was het uitkijken naar grotere warmtevolumes.

In 2020 kwam die kans, Aquafin schreef een warmtebestek uit voor de slibdroging met restwarmte van alle Vlaamse waterzuiveringsstations. Dit waren de warmtevolumes die we tekort kwamen om met het warmtenet in Eeklo van start te kunnen gaan. IVM en Warmteneteeklo dienden samen een offerte in. In de eerste gunningsronde stond Eeklo op de eerste plaats, in de finale ronde werden we geklopt door een aangescherpt bod van Roeselare. Daardoor kwam het warmtenet in Eeklo voor een 2de maal tot stilstand. Tijd voor een alternatieve aanpak.

RESIDENTIEEL TRAJECT

Wat als we de kortste weg zouden nemen richting stadskern, langsheen de oude spoorweg naar Balgerhoeke? Dan laten we de industriële grootverbruikers weliswaar links liggen, maar dan wordt de transportleiding ook korter. In 2021-22 werkten we een detailplan uit voor een residentieel traject van IVM langsheen de spoorweg van Balgerhoeke tot aan de psychiatrie nabij Eeklo-station. Dat bleek niet zo eenvoudig, door covid en de energiecrisis explodeerden ook de materiaalprijzen en was het moeilijk om offertes van constructeurs te bekomen die over een langere periode geldig waren. Uit de detailstudie bleek dat het residentieel warmtenet economisch haalbaar was zodra alle grootverbruikers (flatgebouwen, scholen, rust- en verzorgingstehuizen) en minstens 75% van de woningen in de betrokken straten zouden aansluiten.

Het resultaat verraste in positieve zin omdat gevreesd werd dat het residentieel warmteverbruik te klein zou zijn om de investering van de lange transportleiding tussen IVM en de stadskern te verantwoorden. Het residentieel traject werd eind 2022 ter goedkeuring voorgelegd aan de stad Eeklo. Het is duidelijk dat dit alternatief traject een nog grotere aansluitingsgraad vereist dan het industrieel traject. Minstens 75% van de bewoners zal moeten intekenen alvorens we van start kunnen gaan. Een heuse uitdaging maar niet onmogelijk in deze onzekere tijden van volatiele energieprijzen en stijgende CO2-taxen.
Doe jij mee?

 

 

 

Vragen?

Neem een kijkje bij de veelgestelde vragen of neem contact op met info@warmteneteeklo.be.

Blijf je graag op de hoogte?

Schrijf in voor de nieuwsbrief via onderstaande knop.

Jouw bedrijf aansluiten
op het warmtenet?